Programma's

Werk en Inkomen

Ondersteuning voor huishoudens met een laag inkomen

In Nijmegen maken veel huishoudens gebruik van regelingen voor inkomensondersteuning. Alleen al de Energietoeslag 2022 is voor 21.000 adressen uitgekeerd. Maak ook van de "reguliere" gemeentelijke inkomensregelingen als Individuele Inkomenstoeslag of het busabonnement maken vele huishoudens gebruik. Het Nibud heeft berekend dat huishoudens die consequent gebruik maken van alle regelingen in Nijmegen voldoende budget hebben om van te leven.
Toch zijn er ook huishoudens met schulden, waarvoor de gemeente schuldhulpverlenings- en preventieactiviteiten inzet.
Zo'n 3.500 Nijmeegse huishoudens/personen kunnen niet op eigen kracht hun financiën regelen en zijn onder bewind gesteld.

Gebruik van regelingen voor inkomensondersteuning

Voor huishoudens met een laag inkomen zijn er in Nijmegen verschillende gemeentelijke regelingen om financiële ondersteuning te krijgen. De belangrijkste daarvan zijn:

  • Individuele Inkomenstoeslag
    Wanneer huishoudens langdurig een laag inkomen hebben, hebben zij recht op de Individuele Inkomens Toeslag, een vast bedrag per jaar. In 2022 ontvingen ongeveer 5.500 huishoudens deze toeslag. Dit is iets minder dan in 2021.
  • Individuele Studietoeslag
    Voor studenten die door een beperking niet in staat zijn naast hun studie wat bij te verdienen is er een (maandelijks uitbetaalde) individuele studietoeslag. Ongeveer 380 studenten maakten daar in 2022 gebruik van. Hoewel deze groep absoluut gezien niet groot is, is er in vergelijking tot voorgaande jaren wel sprake van een flinke stijging.
  • Individuele bijzondere bijstand
    Huishoudens kunnen bijzondere bijstand aanvragen voor extra uitgaven, bijv. in verband met inrichting of bijzondere zorg of voor beheer- en bewindkosten. Ongeveer 4900 personen kregen in 2022 zulke bijzondere bijstand, een daling met ongeveer 10% in vergelijking tot 2021.
  • Meedoenregeling
    Via de Meedoenregeling kunnen mensen met een laag inkomen voor maximaal €150 aan een cursus of activiteit meedoen. In 2022 hebben 5000 mensen zich voor een activiteit aangemeld. Dat is veel meer dan in de voorgaande jaren. De inkomensgrens tot waar je gebruik kunt maken van deze regeling is in 2022 verhoogd naar 130% van het sociaal minimum. Dit zal een belangrijke verklaring zijn van de toename van het gebruik. Maar ook is mogelijk dat het gebruik de afgelopen jaren onder invloed van de corona-crisis juist laag is geweest.
  • Kinderfonds
    Voor kinderen kent Nijmegen "Leergeld", een stichting die voor kinderen uit gezinnen met een laag inkomen vergoedingen geeft voor deelname aan sport, cultuur en onkosten i.v.m. school. In 2022 werd aan 3.800 kinderen een vergoeding toegekend. Dit is een grote stijging in vergelijking met 2021.
  • Collectieve Aanvullende Ziektekostenverzekering
    Huishoudens kunnen via de CAZ meedoen aan een uitgebreide verzekering, waarbij ook gekozen kan worden voor het verzekeren van het eigen risico. De gemeente betaalt dan maandelijks een deel van de verzekeringspremie. De laatste jaren maken steeds rond de 11.000 mensen gebruik van de CAZ.
  • Busvoordeelpas
    Tegen een betaling van €15 mogen mensen met een laag inkomen het hele jaar (buiten de ochtendspits) gebruik maken van de bussen in Nijmegen. Deze regeling is najaar 2020 gestart. In 2022 hebben bijna 10.000 mensen van dit busabonnement gebruik gemaakt, een flinke stijging t.o.v. 2021.


Figuur: gebruik gemeentelijke inkomensregelingen in 2021 en 2022. Bron: dashboard Sociaal Domein gemeente Nijmegen/opgave regelingen.

Bereik van inkomensregelingen

De verschillende minimaregelingen in de gemeente Nijmegen kennen verschillende toelatingscriteria en inkomensgrenzen. De omvang van de doelgroep is vaak niet af te leiden uit openbare bronnen. Op verzoek van de gemeenteraad is een opvraag naar de omvang van de doelgroepen voor de verschillende regelingen gedaan bij het CBS om vast te stellen hoe groot het bereik is van de verschillende regelingen.

Voor 2 regelingen doen we dat niet:

  • Om in aanmerking te komen voor de Individuele Studietoeslag is een voorwaarde dat het om een student gaat die door beperking niet in staat is naast de studie bij te verdienen. Hiervan bestaat geen registratie, dus we kunnen niet bepalen hoe groot de totale doelgroep is.
  • Voor de Bijzondere Bestand geldt dat ze bedoeld is voor bijzondere situaties, en dat er daarom ook geen streefcijfer van gewenst bereik vastgesteld kan worden.

Ook bij de CAZ is het lastig de doelgroep te bepalen. Hoeveel mensen/huishoudens binnen de inkomensgrenzen van de CAZ vallen is duidelijk, maar niet voor al deze mensen is de CAZ de meest logische keuze: het is een uitgebreide maar ook duurdere verzekering. Wie jong en gezond is, is misschien verstandiger uit met een andere verzekering.
Bij de overige regelingen is een zo hoog mogelijke deelname gewenst. In onderstaande figuur is te zien een hoe groot deel van de doelgroep in 2022 (en 2021) gebruik heeft gemaakt van deze regelingen.

Figuur: aantal gebruikers per regeling als % van de groep die volgens hun inkomen in aanmerking komen voor de regeling (aanvulling op CBS-cijfers 2019).

Het bereik van het Kinderfonds is erg hoog: het aantal huishoudens dat daar gebruik van maakt is even groot als het aantal huishoudens dat recht heeft op deze regeling. Het bereik van de Meedoen-regeling het laagst: driekwart van de mensen die deze regeling zouden mogen gebruiken doen dat niet. Dit percentage is in 2022 gelijk gebleven, ondanks de grote stijging van het aantal gebruikers. Dat komt omdat, door de aanpassing van de inkomensgrenzen, ook het aantal mensen in de doelgroep flink is toegenomen.
Het bereik van het Busvoordeelabonnement is in 2022 flink toegenomen.

Mensen/huishoudens kunnen van meerdere regelingen tegelijk gebruik maken. In totaal was het aantal unieke personen dat in 2021 gebruik maakte van een of meer gemeentelijke inkomensvoorzieningen ongeveer 21.000. Voor 2022 is dit cijfer nog niet te geven, door problemen in de administratieve verwerking.

Van alle zelfstandige wonende huishoudens in Nijmegen (peildatum 1-1-2022) maakte zo'n 17% het voorafgaande jaar gebruik van één of meer van bovengenoemde gemeentelijke regelingen voor inkomensondersteuning (exclusief Kinderfonds). Dit percentage is de laatste jaren tamelijk stabiel.
Onder de mensen met een bijstandsuitkering is dat aandeel vanzelfsprekend veel hoger: ongeveer 90%. Andersom is het echter zeker niet zo dat deze regelingen vooral door huishoudens in de bijstand gebruikt worden. Ruim 40% van de gebruikers van deze regelingen had een bijstandsuitkering, een kwart leeft van OAW/pensioen en ongeveer 30% van inkomsten uit arbeid of een andere uitkering dan bijstand.

Figuur: Inkomensbron van zelfstandig wonende huishoudens in Nijmegen die gebruik maken van minima/inkomensregelingen. Bron: SSB 2022.

Door (gemeentelijke) inkomensregelingen hebben minima in principe voldoende budget

Het Nibud heeft in 2019 berekend in hoeverre minimahuishoudens in Nijmegen, wanneer zij gebruik maken van de bestaande gemeentelijke en landelijke inkomensregelingen, voldoende budget hebben om van te leven. Daaruit bleek dat voor alle voorbeeldhuishoudens het totale inkomen voldoende was voor het vervullen van de basisbehoeften (noodzakelijke uitgaven).
Voor het basis- en restpakket samen (inclusief uitgaven voor sociale participatie) hebben de meeste voorbeeldhuishoudens ook voldoende budget. Alleen de 2-oudergezinnen met een zorgvraag komt €10 per maand tekort.

Figuur: Tekorten/overschotten in euro's per maand voor huishoudens met 100% sociaal minimum na uitgaven voor basis- en restpakket. Bron: MER-rapportage Nibud 2019.

In de berekeningen gaat het Nibud ervan uit dat huishoudens daadwerkelijk gebruik maken van de regelingen die hen ter beschikking staan, een goed financieel beleid voeren en geen schulden/leningen hebben. In praktijk zal dit niet altijd het geval zijn.
De individuele inkomenstoeslag is in deze berekeningen buiten beschouwing gelaten. Of die voor een huishoudens beschikbaar is, hangt immers niet alleen af van de hoogte van hun inkomen, maar ook van de tijd dat zij al een laaginkomen hebben. Alleen huishoudens in langdurige armoede komen in aanmerking voor deze toeslag.

Het NIBUD heeft ook gekeken naar wat hogere inkomensgrenzen en daarbij bleek dat er vooral tussen de 130% en 140% van het sociaal minimum een "armoedeval" is. Huishoudens van wie het inkomen omhoog gaat van 130 naar 140% gaan er in bestedingsruimte op achteruit. Vooral omdat dan allerlei landelijke toeslagen (zorgtoeslag, huurtoeslag, kindgebonden budget) wegvallen. Voor huishoudens met kinderen wordt dit effect nog versterkt doordat het gemeentelijk Kinderfonds ook alleen toegankelijk is voor huishoudens tot 130% van het sociaal minimum.

Huishoudens met schulden

Over huishoudens met schulden kun je heel uiteenlopende cijfers geven. Dat heeft verschillende oorzaken:

  • Onder “schulden” kun je uiteenlopende zaken verstaan. In de breedste zin, wanneer je ook bijvoorbeeld hypotheken en leningen van DUO meerekent, kom je op veel hogere aantallen uit dan wanneer je schulden definieert als betalingsachterstanden (op de verplichtingen die deze schulden met zich meebrengen). En ook binnen betalingsachterstanden is nog onderscheid te maken tussen ernstige en minder zwaarwegende (want niet te hoog, binnen het budget te betalen, etc.) achterstanden.
  • Er zijn maar beperkt gegevens centraal beschikbaar over schulden van huishoudens.
    Jarenlang waren grote enquête-onderzoeken (Panteia, Nibud) de voornaamste bron van informatie over het voorkomen van schulden en betalingsachterstanden bij huishoudens. Zulke onderzoeken geven een beeld van alle schulden die er in een huishoudens zijn, maar zijn ook duur en omslachtig, bieden weinig mogelijkheden voor het inzoomen op speciale groepen en je moet altijd rekening houden met marges rond de uitkomsten. Sinds een paar jaar ligt bij het CBS een opdracht om op basis van
    geregistreerde schulden een samenvattend beeld van de schuldenpositie van Nederlandse huishoudens te geven. Voor de schulden die daarin meegenomen worden geeft dat een heel precies en gedetailleerd beeld. Alleen, niet alle schulden vallen onder de registraties waar het CBS over kan beschikken.

Volgens de CBS-cijfers heeft in Nijmegen (eind 2020) 7% van de huishoudens een geregistreerde schuld, de Nibud-enquêtes geven een (landelijke) indicatie van 15-20% van de huishoudens met ernstige of lichte betalingsproblemen.

Vergeleken met heel Nederland, en ook met de meeste kennissteden, is het aandeel huishoudens met geregistreerde schulden in Nijmegen relatief laag.


Figuur: Huishoudens met geregistreerde schulden, 2020. Bron: CBS dashboard geregistreerde schulden.

Zowel in Nijmegen, Nederland als de kennissteden is het aandeel huishoudens met geregistreerde schulden de laatste 4 jaar afgenomen.

Vooral huishoudens in de bijstand hebben relatief vaak geregistreerde schulden: dat geldt voor bijna een kwart van hen.
In Nijmegen valt op dat onder de laagopgeleiden relatief veel mensen met geregistreerde schulden zijn en onder de huishoudens met een inkomen tot €20.000 juist weinig.

Figuur: % huishoudens met geregistreerde schulden, naar groepskenmerken. Bron: DBS dashboard geregistreerde schulden, 2020.

In de figuur hieronder worden uitkomsten van het CBS (geregistreerde schulden in Nijmegen) vergeleken met de indicaties uit Nibudonderzoeken (landelijke enquêtegegevens over ernstige of lichte betalingsproblemen/achterstanden vertaald naar de Nijmeegse situatie).


Figuur: indicatieve cijfers Nijmegenaren met schulden. Bron: CBS dashboard geregistreerde schulden (2018) en Nibudonderzoek Financiële problemen (2018). Tot 25 jaar personen, 25+ huishoudens.

In de figuur is het volgende te zien:

  • Onder de groep tot 25 jaar zijn er heel weinig mensen met geregistreerde schulden, maar wel veel met lichte of ernstige betalingsproblemen.
  • De absolute aantallen huishoudens met geregistreerde schulden zijn het hoogst in de leeftijdsklassen 25-45 en 45-65.
  • Onder 65+-ers is het aandeel en aantal huishoudens met betalingsproblemen en/of geregistreerde schulden klein.

Ondersteuning voor huishoudens met financiële problemen

Lang niet alle huishoudens met schulden zoeken hulp, of zijn bekend bij hulpverleners. De gemeente biedt op verschillende manieren ondersteuning aan huishoudens met schulden, zowel preventief als nadat er schulden zijn ontstaan.

Preventie

In 2017 is gestart met “Financieel expert in de wijk”, een project van gemeente, Sterker en Bindkracht10 om laagdrempelig (financieel) advies te geven vanuit de STIP’s. In alle  9 Nijmeegse stadsdelen en Hatert is een vestiging van de Financieel Expert.  Per jaar zijn er zo'n 900 aanmeldingen bij de FEW's. Ongeveer 60 tot 75% van hen wordt ondersteund door (meestal) een eenmalig gesprek. De rest krijgt een langduriger adviestraject.
In 2022 zijn in een evaluatie van de FEW de ervaringen van klanten geïnventariseerd via een enquête en interviews:

  • van de mensen die met een gesprek zijn ondersteund is 75-80% positief over de behandeling een aanpak, 2/3 geeft aan dat zij geholpen zijn en nu meer vertrouwen in hun financiële situatie hebben.
  • ook de mensen met wie een adviestraject is doorlopen laten zich positief uit over de ondersteuning. De drempel naar de FEW vinden ze laag, het contact met de medewerkers goed.

Een belangrijk preventie-project waaraan de FEW werkt is “Op de rit”. Daarvoor werken een tiental partners (woningbouwcorporaties, zorgverzekeraars, energie- en watermaatschappij, gemeente) samen. Zij vergelijken adressen waarop sprake is van kortlopende achterstand. Wanneer op een adres sprake is van een of meerdere schulden wordt dit huishoudens benaderd: is er behoefte aan advies/ondersteuning. Maandelijks wordt er door medewerkers van de FEW met 50 tot (in 2022) 100 adressen contact gezocht. Over het algemeen is op deze adressen sprake van meerdere of opeenvolgende schulden of gaat het om jongere huishoudens. Deze huishoudens worden persoonlijk (bezoek, telefoon) benaderd. Met ongeveer de helft van hen wordt ook daadwerkelijk contact gemaakt. Huishoudens met een enkele schuld (enige honderden per maand) krijgen een brief met ondersteuningsaanbod. Dat is voor sommige aanleiding zich zelf te melden bij de FEW.
Uiteindelijk krijgen per jaar zo'n 50-80 huishoudens advies of een adviestraject van de Financieel Expert naar aanleiding van deze vroegsignalering.

Schuldhulpverlening

De FEW kan burgers doorverwijzen voor schuldhulpverlening. De belangrijkste aanbieders zijn het gemeentelijke bureau Schuldhulpverlening en Bindkracht 10.

  • Bureau Schuldhulpverlening richt zich vooral op meer zelfredzame huishoudens met regelbare schulden, met als doel die schulden af te gaan betalen. Het aantal aanmeldingen bij Bureau Schuldhulpverlening loopt al een aantal jaar terug. Van bijna 450 in 2018 naar ongeveer 250 in de laatste jaren. Met de daling van het aantal aanmeldingen daalt ook het aantal gestarte schuldregelingen. Behalve door de FEW kunnen ook door bewindvoerders kandidaten aan bureau Schuldhulpverlening worden aangeleverd.
  • Bindkracht 10 biedt o.a. "stabilisatietrajecten" waarbij ernaar gestreefd wordt de (financiële) situatie van huishoudens te stabiliseren, maar het oplossen van de schulden niet voorop staat.


Figuur: aanmeldingen bij bureau SHV, gemeente Nijmegen.

Naast de gemeente en Bindkracht zijn er ook veel andere (vrijwilligers)instanties die zich bezig houden met hulp aan mensen met financiële problemen, bijv. de FIBON, Humanitas en de Schuldwegwijzer.

3500 huishoudens/personen onder bewind

Wanneer iemand niet in staat is zijn eigen financiële zaken te regelen kan de rechter beschermingsbewind instellen. Als iemand zelf over onvoldoende inkomsten beschikt om hiervoor te betalen, vergoedt de gemeente dat via de bijzondere bijstand. Kijk je op een specifiek moment, dan zijn er ongeveer 1800 huishoudens waarbij dit aan de orde is. Gerekend over een jaar is dit cijfer hoger (ongeveer 2.200) omdat er altijd huishoudens in- of uitstromen. Deze cijfers zijn de laatste jaren redelijk stabiel.
Daarnaast zijn er ook nog personen/huishoudens die onder bewind van een familielid gesteld zijn of de bewindskosten voor eigen rekening nemen. In 2018 kwam dit bij ongeveer 1.500 Nijmegenaren voor.
In totaal zijn er dus ongeveer 3.500 personen/huishoudens in Nijmegen onder bewind gesteld.

Van de 2.200 huishoudens waarvan in de loop van 2022 de bewindkosten via de gemeentelijke bijzondere bijstand worden betaald zijn meer gegevens bekend:

  • 85% van deze huishoudens woont in een eigen huur- of koopwoning, 15% in instellingen/op kamers/ onzelfstandig.
  • Het gaat vooral om alleenstaanden en 1-oudergezinnen.
  • Ongeveer de helft van de huishoudens heeft een inkomen uit de bijstand, ook dus ongeveer de helft uit andere bronnen (werk, andere uitkeringen).
  • Er is veel sprake van overlap met andere vormen van hulpverlening of regelingengebruik. Meer dan een derde maakt gebruik van minstens 5 (gemeentelijke) regelingen; vooral gebruik van zorgregelingen (60% van de huishoudens) is hoog.
  • Het gaat vooral om huishoudens tussen 30 en 60 jaar oud.


Figuur: kenmerken van zelfstandig wonende huishoudens onder via bijzondere bijstand betaald bewind. Bron: SSB 2022, Onderzoek en Statistiek, gemeente Nijmegen.

Op 21.000 adressen energietoeslag 2022

Ter compensatie van de hoge energiekosten in 2022 konden huishoudens met een laag inkomen een toeslag van €1300 krijgen. De toeslag werd per adres uitgekeerd. Zowel adressen die bewoond worden door zelfstandige huishoudens als onzelfstandige huishoudens (kamerbewoners, vaak studenten, die een woning/adres delen) komen eenmaal voor deze toeslag in aanmerking. In 2022 is voor bijna 18.000 adressen een energietoeslag uitgekeerd, en in de eerste maanden van 2023 kwamen daar nog ongeveer 3000 adressen (voor de energietoeslag 2022) bij.
Met de energietoeslag wordt een veel bredere doelgroep bediend dan met de andere vormen van bijzondere bijstand: driekwart krijgt alleen de energietoeslag en geen andere vormen van bijzondere bijstand.
Daar lijkt tegenover te staan dat zo'n 20% van de mensen die wel andere vormen van bijzonder bijstand ontvangen geen energietoeslag lijken te krijgen. Dit kan te maken hebben dat bijzondere bijstand per persoon, en energietoeslag per adres gegeven wordt. Als de energietoeslag voor een adres op een andere naam wordt uitgekeerd dan de bijzondere bijstand wordt dat niet herkent als "overlap".


Figuur: Maken mensen die energietoeslag 2022 ontvangen ook gebruik van andere vormen van bijzondere bijstand, betalingen 2022. Bron: administratie ZenI.

Onder ontvangers van de Energietoeslag zitten wat meer ouderen (ruim een kwart) dan onder de gebruikers van andere vormen van bijzondere bijstand.

Deze pagina is gebouwd op 05/25/2023 15:49:22 met de export van 05/25/2023 15:40:13